Our Nature, Within The Limits of City Parks

Our Nature, Within The Limits Of City Parks is en groot internationaal fotografisch onderzoek naar de betekenis van het stadspark en onze verhouding ten opzichte van natuur binnen de grenzen van het stadspark.

Mijn interesse voor het stadspark is ontstaan vanuit een persoonlijke behoefte aan natuur. Na een vakantie miste ik het buiten zijn en de rust. Om dit gemis op te vangen ging ik wandelen in het park vijf minuten lopen van mijn atelier. Voorheen was deze plek voor mij niet meer dan een doorgangsroute van A naar B maar er was iets in mij verandert. Al wandelend ontdekte ik kleine stukjes wildernis die ik beeldvullend ben gaan fotograferen als stillevens waarin je het gevoel van tijd en ruimte verliest als een herinnering aan natuur.

Waar het in eerste instantie ging om een persoonlijke behoefte ontdekte ik gaandeweg dat er een universeel verlangen is naar ruimte, het gevoel van vrij zijn, ‘buiten zijn’. Als stadslandschappen fotografeer ik het moment waarop de mens één is met zijn omgeving en de tijd stil lijkt te staan.

De populariteit van stadsparken neemt al jaren toe dat zal in de toekomst niet minder worden aangezien meer dan de helft van de bevolking in steden leeft. Ik ging me verdiepen in de geschiedenis en ontstaan wijze van parken en vooral al wandelend waarnemen hoe deze plekken in de stad gemaakt en gebruikt worden.

Vanuit het Zuiderpark in Rotterdam breidde ik mijn cirkel uit naar andere parken in de stad daarna naar andere steden in Nederland, Europa en tenslotte naar andere landen wereldwijd.

In een stad zijn er maar weinig plekken waar je niets hoeft waar je geen geld moet uitgeven om er te mogen zijn. Het is één van de weinige publieke plekken waar allerlei mensen bij elkaar komen van verschillende leeftijden of levensstijlen of inkomensniveau. Het zijn niet alleen plekken om de stad te ontvluchten, maar juist ook om deel te nemen aan het stedelijk leven. Het park is tijdloos maar tegelijkertijd zegt het iets over deze tijd. Het is a place-to-be, een plek waar mensen naar verlangen. De grote gemene deler ondanks alle culturele verschillen is het universele menselijk verlangen om in contact te komen of zijn met jezelf, elkaar of de natuur.  Mijn foto’s verbeelden dit verlangen en laten tegelijkertijd onze relatie zien ten opzichte van natuur zien. De natuur als gebruiksvoorwerp.

In memory
of
a perfect
day

Mijn foto’s verbeelden het verlangen om in contact te zijn met jezelf, elkaar en natuur.

Our Nature: Het boek

Een beeldverhaal waarin de kijker de mogelijkheid krijgt de verschillende wereldparken met elkaar te vergelijken en één universeel stadspark te vormen. Waarin het niet meer van belang is waar of in welk park de foto’s gemaakt zijn maar een verbeelding zijn van de betekenis van natuur en onze verhouding daartoe in een stedelijke context.

Our Nature is geselecteerd voor de Best verzorgde boeken van 2015

Volgens het jury rapport:

Een boek dat je tegemoet schettert met zijn groenplanten en bomenweelde. Het heeft de ordinaire aantrekkelijkheid van een bloembollencatalogus, klonk het gekscherend. Maar het is erg charmant gedaan met een hele mooie omslag. Dat je onwaarschijnlijk veel zin krijgt om dit boek open te doen. En daar wachten meer verrassingen, want het is ontzettend slim gemaakt. Het boek is bijna een apologie voor natuur binnen de contouren van het stadspark. Het heeft vooral een heel eigen fotoritmiek.

Our Nature is opgevat als “een groot internationaal fotografisch project over de betekenis van het stadspark en onze verhouding ten opzichte van natuur in een stedelijke context.” De afgelopen zes jaar bezocht Janine Schrijver daarvoor parken in onder meer Rotterdam, Den Haag, Amsterdam, Brussel, Parijs, Londen, Berlijn, Antwerpen, Barcelona, Wenen en Rio de Janeiro, Shanghai en New York, om er stukjes wildernis en stadslandschappen te fotograferen.

Het uiteindelijke resultaat is dat er haast twee boeken in één zijn ontstaan. Let even op de opvallende uitvouwbare flappen die ervoor zorgen dat twee katernen een tegengestelde bladerrichting bezitten. Uiteindelijk lijkt de indeling zelfs uit drie verschillende onderdelen te bestaan. De close-ups van de begroeiing behouden iets idyllisch, maar als je in de uitklapbare katernen gaat neuzen, duiken mensen op de foto’s op: parkgebruikers ingeklemd door de stad. De juiste legende vinden bij elk park vergt enig zoekwerk. Tekst is zo goed als achterwege gelaten, maar dat zet geen domper op dit verbluffende fotoboek. Het is speels en serieus en laat zich bewonderen als een prachtige wake-upcall voor het belang van onze groene stadslongen.

Rotterdam, Amsterdam,
Den Haag, Londen,
Antwerpen, Berlijn,
Parijs, Wenen,
Barcelona,
Rio de Janeiro,
Shanghai, New York.

Artikel in het Financieel Dagblad

31 mei 2015 door Michiel Goudswaard

Het gras is nog vochtig, maar de jonge vrouw spreidt haar handdoek uit en gaat liggen in de ochtendzon. Even later is ze verdiept in haar smart- phone, naast haar ligt een nog dichtgeslagen boek. Ja, dit is het Amsterdamse Vondelpark. Maar het had ook Barcelona kunnen zijn, of Rio of Shanghai. Overal trekken stedelingen naar hun stadsparken, de lokroep van de natuur is blijkbaar onweerstaanbaar.

Maar wat zoeken ze daar? De schoonheid van het vaak zo zorgvuldig aangelegde groen of het vrije zicht op de overdrijvende wolken? Lokt de ruimte om even alleen te zijn, of is het park juist de plaats om mensen te ontmoeten? Voor een mooi gesprek met familie en vrienden, of voor een vlugge flirt? De foto’s die Janine Schrijver bijeenbracht in het boek Our Nature laten zien dat stadsparken overal ter wereld vrijplaatsen zijn, waar in de schaarse vrije tijd iedereen ver- binding kan zoeken met de natuur, met zichzelf of met andere zoekende zielen.

Schrijver (Raamsdonk, 1966) fotografeert de natuur dicht op de huid. Bomen, bloemen, bloesems en onderhoudsvrije bamboebossages, op veel foto’s zijn geen menselijke sporen te zien. Het is net echt, ook al is natuur in de stad bijna altijd cultuur. Maar dan is er het achteloos weg- gegooide zakdoekje, als dank voor het aangenaam verpozen. Of de meedogenloze schroei- plek van een barbecue in het frisse gras. De sporen van de mens zijn onmiskenbaar. In Rio houdt Pablo van Bia, het staat er in een bamboe stam gekrast; hoe zou het nu met ze gaan?

Uiteindelijk laat Schrijver in haar boek ook de stadsmens zelf zien, in twee aparte katernen die ingenieus in het boek zijn genaaid. Liggend, sportend, etend en drinkend. Zelfs op de knieën biddend, denken we even, maar dat blijkt een gigantische yogaklas te zijn die in het Bryantpark met een openlucht les bezig is.

De fotografe houdt afstand, de meeste mensen lijken zich onbespied te voelen. Het lijkt daardoor alsof we zelf door al die parken lopen. Overigens wel in de wetenschap dat het leven geen wandeling in het park is.

Artikel in NRC Magazine

29 mei 2010

Artikel in Trouw

19 september 2015

Artikel NRC NEXT – IN BEELD

25 april 2015 door Floor Rusman

DE STAD IS NIET ALLEEN VAN STEEN

Toen de Rotterdamse fotografe Janine Schrijver terugkwam van een vakantie in de natuur, vond zij de stad wel erg grijs. Vanaf die dag bezag ze het Zuiderpark om de hoek met andere ogen. Voorheen zoefde ze erdoorheen op skates, nu bekeek ze met meer aandacht de planten, bloemen en vogels in het park. Het inspireerde haar tot het project waarvoor ze meer dan honderd stadsparken over de hele wereld fotografeerde.
Overal komen mensen naar het park om in contact te komen met zichzelf, anderen en de natuur, vertelt Schrijver. Maar verschillen zijn er ook: in Chinese stadsparken zag ze mensen uitbundig dansen, iets wat in Engeland nooit zou gebeuren. In Rotterdam zitten mensen met hun picknickspullen in de modder, terwijl Chinezen altijd op kleedjes plaatsnemen en hun voedsel in de bomen hangen: de grond wordt daar vies gevonden omdat iedereen erop spuugt.
Schrijver begon met het project in 2010, en zag het sindsdien steeds drukker worden in de parken. De door asfalt en beton begrensde mens heeft kennelijk steeds meer behoefte aan natuur. Vijf jaar fotograferen heeft geresulteerd in het boek Our Nature, dat komende zondag wordt gepresenteerd in Vondel CS, in het Amsterdamse Vondelpark.

Artikel in het Parool

28 februari 2015 door Marianne Eggink

Fotografe Janine Schrijver (48) legde de stadsparken van de wereld vast en de stedelingen die er vertoeven. Voor haar serie ‘Our nature – within the limits of city parks’ maakte ze van alles mee: van regelgekte in New York tot bedreigende situaties in Rio de Janeiro. Nu komt er een boek.

Op een grote foto aan de muur staan twee Chinezen die bijna achterover vallen terwijl ze omhoog gapen naar de lange bomen in een park in Shanghai. Het beeld hangt in het atelier van de Rotterdamse fotografe Janine Schrijver. De afgelopen jaren ging ze op fotografisch onderzoek in de stadsparken van de wereld – ze deed onder meer Londen, Parijs, Berlijn, Amsterdam, Rio de Janeiro en New York aan. Ze observeerde de natuur, wie zich erin bevonden en wat ze er deden. Ze ontdekte van alles aan de relatie die stedelingen hebben met het park.

Het atelier van Schrijver bevindt zich in een oud schoolgebouw in de Rotterdamse wijk Charlois. Tijdens haar studie aan de Kunstacademie vijfentwintig jaar geleden kraakte ze het gebouw met een groep vrienden en sindsdien wonen en werken ze er. Voor haar werk als fotografe maakte zo tot nu toe vooral foto’s van mensen en architectuur onder meer voor kranten, tijdschriften en boeken. “Ik lette nooit zo op parken, dat waren meer de korte fietsroutes door de stad.” Tot ze op een dag vanuit haar atelier naar het Zuiderpark wandelde: “Ik realiseerde me ineens dat deze stukjes wildernis speciaal gemaakt zijn voor mensen. Een soort democratische, openbare natuur.”

Ze werd nieuwsgierig en bracht soms dagenlang door in de verschillende parken van Rotterdam met haar camera. Eerst legde ze vooral de gemaakte natuur vast, maar al snel ging haar vooral het gedrag van de mensen opvallen: “Je ziet bepaalde groepjes die allemaal hun eigen plek hebben: ouders met kinderwagens, hipsters en alcoholisten. Maar kom je op een ander tijdstip dan zie je weer hele andere mensen en ook dieren.” En ze observeerde dat er in de parken andere ongeschreven regels gelden dan in andere delen van de stad. “In een park gaan mensen lekker in hun bikini liggen zonnen, dat doe je niet op een plein. Ze vertoeven er, veel meer dan in andere plekken van de stad waar ze bijvoorbeeld eerder flaneren of op weg zijn ergens naartoe.”

Ze breide haar onderzoek uit naar andere wereldsteden. Ze zag grote verschillen in de compositie van de parken bijvoorbeeld de jungle-wildernis in Rio de Janeiro tegenover de getemde natuur in Europese parken. Maar de menselijke behoefte aan natuur bleek universeel: “De steden raken steeds voller. Bijvoorbeeld in Shanghai waar de parken voor van alles gebruikt worden waar elders in de stad geen ruimte voor is: dansen, muziek maken, tai chi beoefenen en vliegeren.” Ze had er veel bekijks met haar grote camera – nieuwsgierige parkbezoekers kwamen op haar af. In veel andere parken lieten mensen haar rustig haar gang gaan en was ze vooral observator.

Maar niet overal ging dat haar even gemakkelijk af. “ In Rio de Janeiro lopen hele arme mensen rond. Daar sta je dan met je dure apparatuur. Ik had voor de veiligheid twee assistenten bij me en die riepen soms ineens: ‘Inpakken en wegwezen!’ en dan sprongen we snel in een taxi.” Ze schrok soms van de omstandigheden die ze aantrof. Zoals in Berlijn waar een zwerver vlak voor haar neus zichzelf ging wassen in een regenplas. Ze begon te merken dat ze aan de staat van het park en de bezoekers wel in kon schatten in wat voor wijk ze was.

Haar doel was dan ook niet om alleen de mooie kanten van de stadsparken te laten zien, maar vooral de relatie die de bezoekers ermee hebben. “Sommige foto’s zijn daardoor zoekplaatjes geworden waarbij je geen mens ziet, maar alleen dat ze er geweest zijn. Bijvoorbeeld een foto van een stukje groen in Berlijn. Je ziet de zon door de blaadjes, de verschillende planten, maar dan zie je wat liggen op de grond: stukjes wc-papier – je ruikt al bijna hoe het daar geweest moet zijn.” Fotografeerde ze op de ene dag een bomvol Westerpark – blauw van de barbecue rook – dan kwam ze de volgende dag terug en fotografeerde de meer dan tweehonderd brandplekken in het gras. Als een soort voetafdruk van menselijke aanwezigheid. Soms bleef ze een week lang terugkomen om een goed beeld te krijgen van wat er zich allemaal afspeelde.

In New York viel haar vooral op dat overal over nagedacht was: de indeling, het gebruik en het gewenste gedrag van de bezoekers. “Er waren bijvoorbeeld enorm veel honden en voor de kleine keffertjes had je weer andere speeltuinen dan voor grote labradors.” Toen ze op een bankje ging staan voor een beter perspectief werd ze direct op de schouder getikt want dat mocht niet. Ze observeerde de vele vuilnismannen die elke minuut de prullenbakken leegden, met de troep van lunchend Manhattan. “Alles is er gereguleerd – er stonden zelfs bordjes met ‘smell flowers not smoke’.”

Dat in groot contrast met de parken in Shanghai waar het soms blauw stond van de rook. Om het spuug van anderen te ontwijken zat iedereen er met al hun spullen binnenboord op een dekentje en hingen ze hun tassen aan haakjes aan de bomen. “En dat terwijl er wel regels gelden, maar die werden niet zo streng gecontroleerd als in New York.” Ook aan de ongeschreven regels zag ze grote verschillen: “De blote kinderkontjes in Berlijn zouden uit den boze zijn in Parijs. Het is eindeloos fascinerend.”

Dit voorjaar komt er een boek waarmee ze graag dat verhaal van de menselijke natuur in het stadspark wil vertellen met haar foto’s. “Er komt geen tekst bij de foto’s zodat iedereen, ook uit andere landen zijn eigen interpretatie kan hebben.” Nu heeft ze even genoeg van de parken en gaat ze verder met het observeren van de mens maar dan op pleinen en langs de kust.

Tentoonstelling en publicatie Rotterdam In The Picture, Nederlands Fotomuseum Rotterdam

24 februari t/m 17 mei 2015

Nederlands fotomuseum

ROTTERDAM IN THE PICTURE

175 jaar fotografie in Rotterdam.
Niet eerder is er over Rotterdam een tentoonstelling gemaakt die zo’n breedbeeld geeft van zowel de stad als de fotografie die er is gemaakt sinds het medium bestaat. Rotterdam in the Picture laat een stoere stad zien, een multiculturele, een bouwende en dynamische stad; een stad die altijd in ontwikkeling is. De gebouwde omgeving komt aan bod, maar ook de haven, de aansprekende architectuur en de mensen die de stad maken tot wat hij is.  Met werk van oa Freek van Arkel, Gabriele Basilico Eva Besnyö, Marrie Bot, Kim Bouvy,George Breitner, John Davies, Gilbert Fastenaekens, Carel van Hees, Walter Herfst, Marijn de Jong, Rince de Jong, Helena van der Kraan, Germaine Krull, J. Kuiper, , Vincent Mentzel, Otto Snoek en Janine Schrijver.

Van 24 januari – 17 mei 2015
Nederlands Fotomuseum
Wilhelminakade 332 
3072 AR Rotterdam

Tentoonstelling Fate and Desire bij galerie Hommes in Rotterdam.

16 maart t/m 21 april 2014

Met werk van Ivo van den Baar & Nicole Driessens en Janine Schrijver.

Driessens & van den Baar fixeren de natuur op een overgangsmoment tussen leven en dood. Janine Schrijver verbeeldt de betekenis van natuur en onze verhouding daartoe, binnen de grenzen van het stadspark.

Tentoonstelling A Perfect Day in het LUMC, Leiden

4 juli t/m 25 augustus 2013 

A Perfect Day is de titel van de tentoonstelling in het Leids Universitair Medisch Centrum. In foto’s en video’s brengen vijf kunstenaars stadsparken over de hele wereld in beeld en laten zij zien hoe mensen natuur nodig hebben.Met Kim Boske, Antoinette Nausikaa, Janine Schrijver, Diana Scherer, Albert van Westing. 

In bijna iedere stad werd rond de negentiende eeuw wel een groot stadspark aangelegd. Central park (NY), Hyde Park (Londen), Bois de Boulogne (Parijs), het Vondelpark (Amsterdam), zijn enkele voorbeelden van groene oases in de steeds drukker wordende steden. De vijf fotografen op deze tentoonstelling richten zich op de hedendaagse beleving van het stadspark.

Tentoonstelling in Museum Rotterdam

21 oktober t/m 30 december 2012

In Museum Rotterdam laat Janine Schrijver een selectie van Rotterdamse parken zien waarin zij de verschillende facetten van het stadspark belicht. Ze maakt daarbij gebruik van verschillende fotografische genres zoals het portret, het stilleven en landschapsfotografie.

Openingswoord: Awee Prins

Waar is het nog goed toeven? En hoe doe je dat ‘vertoeven’? Ik las even een mini-college etymologie in. ‘Toeven’ is een bijzonder mooi woord : ‘ toeven’ betekent: ergens verblijven, je ergens ‘ophouden’, ergens ‘zijn’. ‘Toeven’ betekent: verwijlen, een wijle doorbrengen. Het betekent ook: ‘niet beslissen’, de tijd nemen; en ten slotte betekent ‘toeven’, in een inmiddels verouderd taalgebruik, ontvangen worden, onthaald worden.

De Stadsparken die Janine Schrijver toont, en fotografisch ‘verzamelt’, zijn een ode aan inmiddels zeldzaam geworden stedelijke plekken, waar je niet naar toe gaat om er doorheen te snellen, waar je niet naar toe gaat om er iets ‘te halen’. Het zijn bij uitstek de grootsteedse plekken waar je nog kunt verwijlen, waar je bent, zonder onderweg te zijn, waar je kunt ‘vertoeven’.

Janine Schrijver heeft een imposante reeks fotografische projecten op haar naam staan. Ik kende haar werk vooral uit het bestsellende project ‘PRET’, waarin zij samen met Tracy Metz en Otto Snoek een even vermakelijk als ontluisterend beeld toont van de vigerende vrijetijdscultuur.

Schrijver exploreert thematische uitsneden van de dagelijkse werkelijkheid. Hier in het Museum toont zij Rotterdamse Stadsparken. In 2007 begon zij met een onderzoek naar de Rotterdamse parken, maar dit is inmiddels uitgegroeid tot een internationaal project, onder de titels “Stories from the city’ en ‘Our Nature’. Die laatste aanduiding bevalt mij bijzonder: want dat zijn stadsparken: natuur, maar ‘onze’ natuur, met liefde en zorg toegeëigende natuur, waarin het goed toeven is.

In de expositie die vandaag wordt geopend zijn fragmenten uit Rotterdamse parken te zien, maar het is belangrijk op te merken dat het gehele project parken betreft in Rotterdam, Amsterdam, New York, Shanghai, Rio, Wenen, London, Parijs, Antwerpen, Barcelona en Berlijn.

Hoewel het een pijnlijke gewaarwording is dat alle grote steden op elkaar beginnen te lijken, is het een aangename verrassing om in ‘Our Nature’ te zien dat stadsparken een universele kwaliteit blijken te bezitten en te behouden. In deze niches van ‘stadsnatuur’ komen overal ter wereld natuur en cultuur in een geslaagd verbond samen – rust, ruimte, ongecompliceerd vermaak (weet u nog wat dat is?) – wandelen, kijken, zitten, babbelen, liggen, dommelen, ontmoeten, spelen, picknicken,…. verwijlen.

Een stadspark is bovendien een momentaan klasseloze maatschappij; alle bevolkingsgroepen zijn even welkom in parken, jong en oud, arm en rijk, allochtonen en autochtonen (als je die termen nog mag gebruiken, in elk geval betekenen ze hier ineens iets probleemloos).

Janine Schrijver noemt stadsparken “plekken van verlangen”. “Als fotograaf”, zegt ze, “ben ik op zoek naar beelden waarin het verlangen naar het universele is te zien, door middel van een persoonlijk verhaal.”

Dat zijn diepzinnige woorden, waar zelfs een filosoof als ik licht van schrik. Maar ze benadrukken dat een park geen platvloers onderdeel is van ‘groenvoorziening’ of ‘recreatie’; het is een plek waar mensen en natuur elkaar op grootsteedse wijze kunnen ontmoeten; het ‘universele’ en het ‘verlangen’ waarvan Schrijver spreekt hebben in elk geval betrekking op deze mogelijkheid van een ontmoeting van mens en natuur binnen de urbane ruimte.

Haar fotowerk werpt vanuit de natuur een blik op het stadsleven. Zij toont stillevens van mensen, alleen of in groepjes verwijlend, maar er zijn ook uitsneden van louter – van mensen verstoken – natuur, plotselinge stukjes wildernis in een gecultiveerde ruimte.

Janine Schrijver slaagt er in de grootsteedse ontmoeting van mens en natuur in haar internationale diversiteit en universele traagheidsdynamiek van het verwijlen in beeld te brengen en te verbeelden.

Ik sluit nogal dramatisch af met een fragment van Hölderlin, die schrijft: “Voll verdienst, doch dichterisch wohnet der Mensch” – Wij hebben vele verdiensten, we zijn altijd bezig, altijd onderweg of aan het werk, maar eigenlijk is ons wonen in de wereld ‘dichterlijk’: beeldend en verbeeldend, met oog voor het geschenk van onze omgeving.

Het is goed dat er kunstenaars zijn om ons daar aan te herinneren.

Tentoonstelling Secret Gardens in TENT, Rotterdam

5 april t/m 10 juni 2012

Soms romantisch, meditatief, grillig, verleidelijk en soms zelfs bedreigend; de natuur speelt de hoofdrol in de groepstentoonstelling Secret Gardens. Installaties, sculpturen, fotoseries en tekeningen voerden de kijker mee naar een onverzadigbaar verlangen om betekenis te geven, een verlangen naar een wereldbeeld dat minder wordt bepaald door materiële en economische factoren. 

De kunstenaars presenteerden de natuur vooral als een omgeving, waar de bezoeker deel van wordt door er doorheen, te wandelen. Met o.a Edward Clydesdale Thomson, Giuseppe Licari Schilte & Portielje, Janine Schrijver, Club Donny, Maurice Meewisse, Olphaert den Otter, Anne van Eck, Wouter Venema, Marleen van Wijngaarden, Wim van Egmond en Diederik Klomberg.