Lippenstift
De oorlog was net voorbij en ik werd uitgezonden door NRC Handelsblad om voor het magazine M de wederopbouw te fotograferen. Ik werkte op dat moment met een analoge midden formaat camera (6-7) met flits niet heel gebruikelijk in de journalistiek. Mijn documentaire benadering paste bij de inhoud van het magazine. Het bijzondere van het alledaagse fascineerde me maar ik had nul ervaring met oorlogsgebieden. Er ging geen directe vlucht naar Kosovo ik moest via Montenegro omdat het vliegveld van Pristina kapotgeschoten was. Met een taxi werd ik naar de grens gebracht. Van tevoren was er binnen de hoofdredactie nog gediscussieerd of ik een satelliettelefoon en kogelvrijvest mee moest nemen, gelukkig zagen ze daarvan af. Daar stond ik dan alleen aan de grens bepakt en bezakt met een rugzak vol fotoapparatuur. Niet wetend wat mij te wachten stond. Zodra ik de grens overgelopen was kwam ik in een wereld die ik alleen kenden uit de krant en van TV. Ik was totaal geshockt over wat ik daar aantrof, die paar meter verschil grens over of niet. Er zaten kraters in het wegdek overal kogelgaten in huizen en gebouwen kapotgeschoten. Ik werd opgewacht door mijn tolk die me naar mijn appartement zou brengen. Om zijn nek hing een identiteitskaart met een foto van iemand anders dacht ik op dat moment, vreemd. Toen ik ernaar vroeg wie dat was op de foto keek hij mij verbaasd aan: ”dat ben ik”. Hij studeerde geneeskunde maar moest stoppen vanwege de oorlog en verdiende nu zijn geld als tolk. Dat is dus wat oorlog met je doet. De zorgeloze open blik van de student die optimistisch zijn toekomst tegemoet gaat was verdwenen, deze jongen leek wel 10 jaar ouder en leeg.
De komende 14 dagen zou ik nog vele verhalen van hem horen over de gruwelen die hij, zijn familie, vrienden en buren allemaal meegemaakt hebben. Hoeveel mensen er om hem heen op wrede wijze gestorven zijn. Verhalen waarover ik in de krant gelezen had maar nu door het landschap rijdend met iemand die het aan den lijve ondervonden had toch heel anders ervaarde. Waar ga ik mijn lens op richten, en waarom? Hoe ziet een land in wederopbouw eruit en wat betekent dat voor mensen? Om dat te ontdekken moet ik eerst zwerven alleen door de straten lopen, kijken en voelen. De hele setting is voor mij ongewoon, gewapende militairen de vele checkpoints, een decor waarin het gewone leven langzaam op gang komt. In Pec is een geïmproviseerde markt waar voornamelijk plastic huishoudelijke spullen aangeboden worden. Daar zie ik ‘mijn foto’. Een vrouw die haar lippen staat te stiften wachtend op de bus. Een gewoonte die ik van mijn moeder heb overgenomen, niet het huis verlaten zonder je lippen te stiften. Ondanks de zorgelijke blik van de andere vrouw en het puin om hen heen word ik blij van dit beeld zo gewoon en veelzeggend tegelijkertijd. Dat is voor mij wederopbouw de bus die weer rijdt en hoe mensen iets proberen te maken van hun leven. Zodra je je weer bezig kunt houden met het stiften van je lippen ben je uit de overleef stand en is er trots en hoop. Een ongepolijst rauw beeld met een kleurig randje, zo gewoon dat je eraan voorbij zou lopen, daar hou ik van.
Sopot, Polen
Een groot deel van mijn jeugd heb ik aan de kust doorgebracht. Zon, zee en zand hele dagen zandkastelen bouwen, schelpen verzamelen, kuilen graven en zandwallen opwerpen om de vloed tegen te houden. Het strandleven was hard werken en heeft me nooit verveeld. Over deze herinneringen en verlangens naar de kust maakte ik een serie. Ik was begonnen in Westkapelle waar de liefde voor de kust is ontstaan en vandaaruit ging ik naar andere plaatsen in Nederland, België en Spanje. Deze serie liet ik aan Vincent Mentzel zien fotograaf van NRC Handelsblad en op dat moment verantwoordelijk voor de fotografie van het magazine M, “maak maar af” zei hij. Zo ging ik met mijn Citroen Berlingo zwerven langs de kusten van Engeland, Denemarken, Duitsland en Polen.
Ik vind het moeilijk om één favoriet uit die serie te kiezen maar de foto die op de cover van het magazine stond is een echte Darling. Er zijn altijd zoveel keuzes die gemaakt moeten worden als je aan het werk bent, welk moment van de dag fotografeer je, wat voor licht is er dan, welke mensen zijn er dan enz. In dit geval was ik vroeg opgestaan het was nog veel te vroeg voor strandgangers en mistig. Dat zijn ook altijd de momenten dat de twijfel toeslaat wat doe ik hier en waarom. Ploegend door het mulle zand zag ik ze ineens, waar kwamen die vandaan. Oprijzend uit de zee als jonge goden kwamen ze aanlopen het water tot hun knieën. Verzonken in hun eigen gedachten, gereflecteerd in het water. Ik had geluk dat het strand niet stijl afliep en had dus ‘alle tijd’ om er naartoe te lopen licht te meten, scherp te stellen en kijken blijven kijken tot het moment dat alles samensmelt.
Marbella, Spanje
Carolien en Mieke op het strand in Marbella het uitnodigingsbeeld voor de tentoonstelling Forever Young in FOAM.
Ik had de eer om 55 + in Nederland te fotograferen voor de documentaire opdracht van het Rijksmuseum en NRC Handelsblad, Document Nederland. De focus was de babyboom generatie in beeld brengen. Een nieuwe tussen generatie ouderen die het allemaal anders deden dan hun ouders, niks achter de geraniums. Ze zijn welvarend en relatief gezond en nog lang niet oud, Forever Young.
Ik bezocht de 55 + beurs, vrijwilligers centra, allerlei clubs, een chinees wijkcentrum, een boerenbedrijf, een woongroep, en zo ontmoete ik de man die twee banen had om zijn tweede gezin te bekostigen, de marathonloper, de line-dancer, de nieuwe oude student, de oppas opa, de zwemmer en koorzanger Carolien. Ze was een van de Krijsende Krengen zoals het koor heet waarin ze Rotterdamse liederen zingen. Ze nodigde me uit om naar haar tweede huis in Marbella te komen en haar leven daar te laten zien. Daar aangekomen kwamen ze me ophalen in haar cabriolet: “een cadeautje van mijn man” en gingen we naar het strand. Alles spat van het beeld af, super helder en fris en tegelijkertijd zo realistisch dat het bijna pijn aan je ogen doet.
High-line in New York
Met een basisbeurs van het Fonds van Beeldend Kunsten in de pocket en een verblijf in de loft van het Mondriaanfonds in New York kon ik mijn geluk niet op. Alle parken in NY had ik in kaart gebracht en een plan gemaakt welke ik wilde bezoeken. Fotograferen is keuzes maken. Het begint bij het onderwerp en de benadering hoe, wat, waar en waarom dan de vorm en dan moet alles nog eens in een kader bij elkaar komen. Als je de foto hebt wat doe je er dan vervolgens mee en in welke context. De foto van de high-line maakt ik in eerste instantie voor mijn serie over stadsparken. Ik had mijn statief zo neergezet dat het ‘opgetilde’ park diagonaal door het beeld snijdt en de taxi’s van twee kanten de voorgrond van het beeld zouden gaan bepalen. Ik wachtte op het moment dat alles op zijn plek zou vallen. Ik zie twee mannen hand in hand aan komen lopen.
Op dat moment gaat er een vrouw midden in mijn beeld staan. Ik ben geconcentreerd aan het kijken en een beetje verbaasd door haar verschijning in beeld, nog voor ik er wat van kan vinden komt er een windvlaag die haar rokje omhoog blaast. Klik ik heb je, een cadeautje van de natuur, bedankt. Je zou het toeval kunnen noemen maar tegen studenten zeg ik altijd: “Toeval moet je afdwingen. Door aanwezig te zijn en alle condities te scheppen, te kijken, wachten en de ene keer heb je meer geluk dan de andere”. Ondanks dat het een goede foto is geworden is deze tijdens de selectie van mijn boek Our Nature, Within The Limits of City Parks gesneuveld (kil your darlings). De foto is niet gemaakt binnen de grenzen van het stadspark maar vanuit de stad kijkend naar het park. Keuzes, keuzes, keuzes.